Zoek Beslissing
Correctionele rechtbank Brussel (Franstalige), 30 juni 1997
Vormt een misdrijf tegen de artikels 1 en 2 van de wet, de weigering om zich door een arts van Afrikaanse herkomst te laten verzorgen wanneer men in de spoedopname wordt opgenomen. De beklaagde riep in aanwezigheid van getuigen “Nee, die vuile “bougnoul” zal me niet aanraken”.
Correctionele rechtbank Brussel (Franstalige), 15 juli 1996
De fascistische groet bij de eedaflegging tijdens de installatie van een gemeenteraad is sterk symbolisch en betekenisvol en roept onmiskenbaar de fascistische en nazistische ideologie op die, op grond van voornamelijk racistische overwegingen, leidde tot volkerenmoord die Europa tijdens de jaren 1930 en 1940 heeft gekend. Er mag dan, zoals de beklaagde aanvoert, geen enkele wettelijke bepaling zijn die de wijze van eedaflegging reglementeert, maar het komt toch duidelijk voor dat de expliciete en opzettelijke verwijzing naar de fascistische ideologie die de suprematie van het ene ras op het andere voorstond en die de uitroeiing van de vermelde rassen inhield, op zich een aanzet inhoudt tot haat, discriminatie, geweld of segregatie die strafbaar zijn gesteld bij wet van 30 juli 1981 die bij wet van 12 april 1994 werd gewijzigd en verruimd.
Arbeidshof Brussel (Franstalig), 5 december 1994
De werkneemster die, zo blijkt uit een onderzoek uitgevoerd door het gewestelijk werkloosheidsbureau, meermaals haar meestergast uitmaakt voor “vuile Italiaan, vrouwenhater, masochist” in het bijzijn van de directie en het personeel, begaat een ernstige fout die een onmiddellijk ontslag rechtvaardigt.
Correctionele rechtbank Brussel (Nederlandstalige), 6 september 1994
De Nederlandstalige Liga voor mensenrechten had twee leidinggevende leden van het Vlaams Blok op grond van artikel 3 voor de rechtbank gedaagd. Teneinde de racistische aard van de groepering te bewijzen, legt de aanklager het 70-puntenprogramma van de partij voor.
Hof van beroep van Brussel, 8 november 1991
Het hof van beroep bevestigt het vonnis, zoals uitgesproken door de correctionele rechtbank van Brussel op 11 april 1991. De correctionele rechtbank van Brussel overweegde in zijn uitspraak van 11 april 1991 dat de rol van een getuige zich beperkt tot het vermelden van wat hij gezien, gehoord of begrepen heeft. Het komt hem niet toe om zijn eigen mening of oordeel te verkondigen over de zwaarte van de feiten of over de verantwoordelijkheid van de dader. Een historicus, die reeds werd veroordeeld wegens het ontkennen van de genocide van het joodse volk, wordt derhalve niet opgeroepen als moraliteitsgetuige bij een strafproces op grond van de wet van 30 juli 1981.
Correctionele rechtbank Brussel (Franstalige), 9 maart 1988
Acht beklaagden hebben publiekelijk opgeroepen tot discriminatie, haat en geweld tegen personen omwille van hun ras of etnische herkomst. Ze waren lid of sympathisant van een organisatie die op manifeste en herhaaldelijke wijze discriminatie en etnische segregatie bedreef. De verdachten hebben deelgenomen aan een "raton(n)ade" , dit wil zeggen, een georganiseerde agressie tegen Noord-Afrikanen.
Hof van beroep Brussel (Franstalig), 4 september 1987
In de zin van artikel 3 van de wet van 30 juli 1981 tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden, betekent het begrip “rassendiscriminatie” de onderscheiden, uitsluitingen, beperkingen of voordelen die gesteund worden op het ras, de huidskleur, de afkomst of de nationale of etnische afstamming, die als doel of als gevolg hebben de erkenning, het genot of de uitoefening van de gelijkheidsvoorwaarden van mensenrechten en fundamentele vrijheden, te vernietigen of in het gedrang te brengen.
Hof van beroep Brussel (Franstalig), 21 oktober 1985
Ter gelegenheid van de gemeenteraadsverkiezingen van 10 oktober 1982 circuleerden er te Vorst heel wat documenten waarin de heer Joseph P werd aangevallen (karikaturen waarin hij werd afgebeeld als Judas). Een vordering op basis van de antiracismewet werd ingesteld, waarbij “MRAX” en “B'Nai B'Rith” zich burgerlijke partij stelden.
Correctionele rechtbank Brussel (Franstalige), 23 december 1983
De beledigde persoon roept ten onrechte de verantwoordelijkheid in van degene die hem beledigd heeft, als de belediging een gevolg is van een eigen overdreven reactie die de belediging heeft uitgelokt. In casu gaat het om een uit de hand gelopen burenruzie, waarbij beide partijen zich iets te verwijten hebben.
Correctionele rechtbank Brussel (Franstalige), 20 april 1983
De uitspraak ‘Vuile jood, keer terug naar Israël’ tijdens een gemeenteraadszitting valt onder artikel 1 van de wet van 30 juli 1981. De schade veroorzaakt door de belediging moet worden hersteld op een ogenblik dat ze nog actualiteitswaarde heeft.
Volg ons op onze sociale media