Universiteit past haar HR-beleid aan

6 december 2019
Actiedomein: Werk
Discriminatiegrond: Andere gronden

Een doctoraatstudent werd aan de deur gezet omdat hij depressief was. Want zijn professoren vonden dat zijn mentale toestand gevaarlijk was voor zijn collega's. Unia overtuigde de universiteit na dit voorval om haar HR-processen te herzien.

Het thesiscontract van de doctoraatstudent in de Scheikunde werd beëindigd omdat zijn leidinggevenden eenzijdig vonden dat hij door zijn depressie een gevaar vormde voor zijn collega’s.

De doctoraatstudent betwiste de beslissing op zich niet (om een aantal redenen voelde hij zich niet in staat om zijn thesis af te werken). Wel was hij geshockeerd omdat de professoren zijn depressie als argument gebruikten om zijn contract stop te zetten, zonder dat ze zich daarvoor baseerden op een objectieve medische diagnose. Hij schrok er ook van dat ze verwezen naar een veronderstelde gevaarlijkheid, zonder dat ze dit konden aantonen.     

Unia nam contact op met de faculteit. We herinnerden hen aan het wettelijke antidiscriminatiekader en het mogelijk discriminerende karakter van hun reden om het contract stop te zetten. Daarna vroegen we de faculteit om deze praktijk te veranderen. De faculteit erkende dat de reden die ze gaven voor de stopzetting van het contract, haar beslissing niet had mogen beïnvloeden. Ze garandeerde dat ze in de toekomst beslissingen over het personeel niet meer zou baseren op criteria die door de antidiscriminatiewetgeving zijn beschermd.

Meer weten?