Er bestaat geen twijfel over dat de tekst een uiting van islamofobie is die aanstootgevende vooroordelen ten aanzien van de moslimgemeenschap bevat.

Juridisch neemt het Centrum op dit moment geen standpunt in. Het betreurt wel dat deze polemiek op sociaalnetwerksites en discussiefora een lawine van racistische en islamofobe uitspraken en commentaren heeft teweeggebracht.

Het Centrum waakt aandachtig over het respect voor artikel 22 van de Antidiscriminatiewet (wet van 10 mei 2007). Dat verbiedt aanzetten tot haat, segregatie, discriminatie of geweld tegenover een persoon of een groep personen op basis van een beschermd criterium – in casu de islamitische geloofsovertuiging.

Om na te gaan of de grenzen van de vrijheid van meningsuiting overschreden zijn, moet volgens artikel 22 de intentie van de ‘auteur’ worden nagegaan. Dat de heer Trullemans vrij snel de omstreden tekst van zijn Facebook-pagina verwijderd heeft, dat hij zijn excuses aan de moslimgemeenschap aangeboden heeft, en dat hij de reden voor het posten van dergelijke uitspraken uitgelegd heeft (hij was net bij een gewelddadig incident betrokken geweest), zou er in dat opzicht op kunnen wijzen dat er geen sprake was van kwade wil.

Toch meent het Centrum dat de beslissing van de RTL om de heer Trullemans te ontslaan wegens een ernstige fout een correcte en adequate reactie is, in verhouding met de ernst van zijn woorden. Het neemt ook akte van de aankondiging van een disciplinaire procedure door het KMI, waar de heer Trullemans nog altijd tewerkgesteld is.

Het Centrum zal deze zaak de komende weken aandachtig blijven volgen. Het zal op zijn website ook een bredere en gedetailleerde analyse van het fenomeen islamofobie publiceren.